Hoe kan je het best je kamerplanten verzorgen?

Temperatuur

Om je kamerplant goed te kunnen onderhouden, speelt temperatuur een grote rol. Het is belangrijk dat de temperatuur niet schommelt voor de kamerplanten. De meest ideale temperatuur zit tussen de 15 en 25 graden. Ook kunt u het best plekken met koude tocht vermijden. Hetzelfde geldt voor koude vensterbanken. 

Er zijn kamerplanten met uitzonderingen, zoals bijvoorbeeld: cactussen, cyclamen, vetplanten, vingerplanten. Deze planten kunnen goed tegen de kou.

Licht

Veel kamerplanten hebben veel licht nodig en kunnen hierdoor dus niet in een donker hoekje staan. Maar hierbij is het belangrijk om te weten dat het voor geen enkele plant goed is als je de plant heel de dag in de zomer in het direct zonlicht laat staan, behalve voor cactussen en vetplanten, die zijn uitzonderingen.  Hierdoor gaan de bladeren uitdrogen en afsterven, omdat de plant door de hitte van de zon het water niet snel genoeg water kan doorlaten.

Planten met bloemen, gestreept of gevlekt blad overleven alleen maar in het zonlicht. Terwijl planten met dikke groene bladeren makkelijk voor een gedurende periode het goed kunnen doen in een schaduwhoekje. In de winter kan voor elke plant een stukje zon geen enkele kwaad.

Water

Voor dat je je plant water gaat geven, is het belangrijk dat je met je vinger voelt of de potgrond nog nat is, als dit het geval is kun je beter even wachten met je plant opnieuw water te geven. Als je je plant teveel water geeft gaan de bladeren van de stam afvallen. Als je opmerkt dat de bladeren lichtgroen of geel beginnen te worden, is dat een teken dat je je plant al teveel water hebt gegeven. 

Als de topjes van de bladeren er bruin en droog uit gaan zien en oude bladeren beginnen uit te vallen, betekent dat je juist te weinig water hebt gegeven.

De hoeveelheid water wat een plant nodig heeft hang af aan de plek waar die staat en aan het seizoen. Zo moet je in de zomer je plant meer water geven dan in de winter. In het voorjaar/zomer is het 1x per week je plant water geven genoeg tenzij je plant een uitzondering is en dus meer water nodig heeft. In de winter is 1x per twee weken genoeg.

Plantenvoeding

Plantenvoeding is een middel die de groei van de planten ondersteund in het groeiseizoen. Dat is van maart tot oktober. Je moet niet de plant gaan voeden in de winter, en ook niet als de plant last heeft van ongedierte. Als het ongedierte is bestrijdt kun je de plant voeden, zodat het herstel van de plant wordt ondersteund.

Plantenvoeding komt verschillende vormen voor: vloeibaar, korrels of staafjes. Vloeibaar is bij de meeste de voorkeur. Omdat het makkelijk op te nemen is voor de plant. Voor de juiste dosering van de plantenvoeding gebruik je het dopje van de fles. Die staat vermeld op de verpakking.

Schone omgeving

Planten die stofvrij zijn, nemen het best alle beschikbare licht op. Daarom is het belangrijk om je planten schoon te houden en in ze in een schone omgeving zet. Zodat de plant gezond blijft. 

Je kunt je plant schoon houden door ze af te stoffen of eventueel schoon te maken met een vochtig doekje. Als je je plant extra schoon wilt hebben, kun je een bladglans spray gebruiken. Hierdoor gaan ze niet alleen maar door glanzen, maar voorkom je ook dat er stof op de plant komt en het beschermt de plant tegen schildluizen.

Verpotten

Als de planten aan het groeien in de vroege lente of in de zomer, is het handig om de planten te verpotten. Omdat de plant groter wordt, heeft de plant ook een grotere pot nodig zodat de wortels meer ruimte krijgen en zodat de plant meer voedingsstoffen kan opnemen. Het is belangrijk dat je de oude potgrond vervangt, hierdoor verklein je de kans op ziektes.